Het wordt steeds drukker op de fietspaden in Amsterdam – misschien wel te druk. De beleving van de fietser is belangrijk. Daarom probeert de gemeente fietsen prettiger te maken. Binnen het ALLEGRO-project willen we erachter komen bij welke drukte het “te druk” wordt. Met deze kennis kunnen we beter bepalen welke drukte acceptabel is, en wanneer het nodig is aanvullende maatregelen te nemen, zoals het veranderen van de infrastructuur.

De plaats van het experiment is het fietspad aan de Amstelveense weg in Amsterdam, dat tijdens de spits erg druk bezocht wordt. In het onderzoek wordt objectief meetbare drukte (hoeveel mensen komen er langs) gekoppeld aan de beleving van de fietser. De drukte wordt gemeten met behulp van camerabeelden. Iedere fietser die een lijn passeert zal worden geregistreerd om zo een objectief drukteverloop vast te leggen. In verband met privacywetgeving zullen de fietsers als zodanig onherkenbaar zijn op de beelden. Als tegenhanger van de objectieve drukte, wordt de ervaring van de fietser gemeten middels een enquête. Iedere fietser vult hierbij online een unieke code in die hij of zij heeft ontvangen toen hij op de Amstelveense weg fietste. Aan de hand van deze unieke codes kunnen we later zien op welk tijdstip de fietser over de Amstelveense weg fietste, en daarmee kan de via de enquête aangegeven drukte-ervaring van deze fietser worden gekoppeld aan de objectief gemeten drukte op dat specifieke moment.

Voor vragen of opmerkingen kunt u contact opnemen met Victor Knoop: V.L.Knoop@tudelft.nl